Het geheim van de boom met het vaderlandse hekje

In mijn vorige post schreef ik over de vergankelijkheid van landschapsinformatie. Het is leuk en belangrijk maar of je nou borden neerzet of een app aanbiedt – het staat of valt allemaal met het onderhoud en dat spreekt niet vanzelf. Het ging toen over infozuilen met informatie over het omringende landschap. Onlangs stuitte ik op een ander voorbeeld. Een boom met een hekje.

Aan de voet van de Spaarndammerdijk tussen Halfweg en Spaarndam staat een eenzame es. Je ziet hem al vanuit de verte. Kom je dichterbij, dan blijkt om de stam van die boom een keurig klassiek ogend hekje te staan: drie paaltjes met rood-wit-blauw geschilderde latten ertussen, en oranje knoppen erop. Die boom heeft blijkbaar een speciale betekenis, iets met het vaderland. Maar welke? Nadat ik er onlangs een paar keer omheen was gelopen, heb ik die vraag maar eens op Facebook gezet. Dat leidde tot een mooi verhaal, met dank aan collega Hans Bothe, het Hoogheemraadschap van Rijnland, de Historische Werkgroep Spaarndam en op de achtergrond het Haarlems Dagblad en onze nationale natuuronderwijzer Jac P. Thijsse.

Deze boom blijkt hier te zijn geplant op 1 april 1992, in aanwezigheid van vertegenwoordigers van de gemeenten Haarlemmerliede en Spaarnwoude, het recreatieschap Spaarnwoude en een monumentencommissie. Het was de opvolger van een eeuwenoude soortgenoot die tweeëntwintig jaar en verschillende mislukte herplantingen eerder, in 1970, door de bliksem was geveld. Over die voorganger schreef Thijsse in het Haarlems Dagblad van 10 maart 1941: ‘Ik ken die boom nu al zestig jaar en steeds was hij zo versierd [met dat hekje, mdg.]. Naar ik meen door de goede zorgen van het hoogheemraadschap Rijnland.’ Het bleek de laatst overgeblevene, the last tree standing zeg maar, van een rijtje essen dat op deze plek in het midden van de achttiende eeuw was geplant. Daarmee werd een slag herdacht die de watergeuzen wéér twee eeuwen eerder aan de Spanjaard hadden toegebracht.

We zijn dan inmiddels in 1573. De Spaarndammerdijk was een verbindingslijn tussen Amsterdam, dat onder het Spaanse gezag viel, en het vrijgevochten Haarlem. Daar reden dus op een vrieskoude dag in dat jaar zo’n honderdvijftig Spaanse lansiers, ruiters met speren, om te gaan helpen bij de belegering van Haarlem. Ze maakten met hun paarden op de halfbevroren zompige ondergrond geen kans tegen een groepje van achttien watergeuzen, dat met musketten en lange speren onder leiding van ene Kees ’t Hoen vanuit twee bootjes de dijk op klom. Geen Spanjaard kon het navertellen, volgens de overlevering.

Ik vind het leuk om zoiets te weten te komen – het liefst op de plek zelf – en ik denk dat ik niet de enige ben. Je gaat anders naar zo’n boom kijken. Je hebt heel even verbinding met het verleden: een beetje besef van de voetstappen die op de grond liggen waar je overheen loopt. Eigenlijk zou er een bescheiden bordje aan dat hek gespijkerd moeten worden, met een korte weergave van dit verhaal. Een app mag natuurlijk ook, maar een eenvoudig bordje zou al heel wat zijn.

In 2023 is het 450 jaar geleden dat die Spanjaarden in de pan werden gehakt. Over vijf jaar dus. Dat geeft de betrokken overheden – hoogheemraadschap, gemeente, recreatieschap – ruim de tijd om te zorgen dat zo’n bordje er komt. Ik wil wel helpen met de tekst, en ik verheug me nu al op de feestelijke onthulling, met een glaasje oranjebitter.